Dekolonisatie 2
(DE)
“In de periode van zijn ontplooiing zag het kapitalisme in de koloniën een bron van grondstoffen, die, verwerkt, op de Europese markt gebracht konden worden. Na een periode van accumulatie van kapitaal, heeft het kapitalisme in dit stadium zijn ideeën over de rentabiliteit van een onderneming veranderd. De koloniën zijn een markt geworden. De koloniale bevolking in een cliëntele die koopt. Wanneer in die situatie het garnizoen steeds maar versterkt moet worden, wanneer de handel verzwakt, dat wil zeggen wanneer de industriële produkten niet meer geëxporteerd kunnen worden, dan is dat een bewijs voor de stelling dat de militaire oplossing afgewezen moet worden. Een blinde slavernij-achtige overheersing is voor het moederland economisch niet rendabel. …
De waarheid is dat geen enkel koloniaal land vandaag de dag in staat is de enige strijdwijze toe te passen die kans biedt op succes: langdurige legering van een belangrijke bezettingsmacht. … Het kapitalisme beseft dat zijn militaire strategie alles te verliezen heeft bij de ontwikkeling van nationale oorlogen. In het kader van de vreedzame coëxistentie zullen alle koloniën dan ook moeten verdwijnen …
Het koloniale systeem interesseerde zich voor sommige rijkdommen, voor sommige grondstoffen, en wel voor hetgeen waarmee het zijn industrie kon voeden. Tot op dat ogenblik was geen serieuze inventaris gemaakt van de grond en wat er in zat. Zo kan de jonge, onafhankelijke natie niets anders doen dan de economische kanalen in stand houden, die door het kolonialisme waren ingesteld. …
… de zorg geen enkel risico te nemen [is] de verklaring voor het wantrouwen van de westerse financiersgroepen. Ze eisen dan ook een politieke stabiliteit en een rustig sociaal klimaat, voorwaarden waaraan men nooit kan voldoen, als men rekening houdt met de lamentabele positie waarin de hele bevolking vlak na de onafhankelijkheid verkeert. … De privé-ondernemingen oefenen druk uit op hun regeringen, opdat in die landen op zijn minst militaire bases worden geïnstalleerd, die de bescherming van hun belangen als opdracht hebben. Als laatste redmiddel vragen die ondernemingen hun regering garant te staan voor de investeringen die zij in een of ander onderontwikkeld gebied willen doen. …
De nationale bourgeoisie gaat zich zonder complexen en in alle waardigheid tevreden stellen met de rol van zaakwaarnemer van de westerse bourgeoisie. Deze lucratieve rol, deze functie van nationale middenstand, deze bekrompenheid, dit gebrek aan ambitie, zijn symbolisch voor het onvermogen van de nationale bourgeoisie om zijn historische rol van bourgeoisie te spelen. Het aspect van de pionier, van de dynamische uitvinder en ontdekker van werelden … is hier jammerlijk afwezig. … In haar neiging tot decadentie zal de nationale bourgeoisie aanzienlijk gesterkt worden door de westerse bourgeoisieën, die komen als toeristen, die gek zijn op de exotische sfeer, op jagen en casino’s. … De nationale bourgeoisie … gaat … zijn land praktisch organiseren als een bordeel van Europa. …
De landbouw wordt niet gemoderniseerd, er komt geen ontwikkelingsplan, er komen geen initiatieven, want initiatieven, die altijd een minimum aan risico’s meebrengen, veroorzaken paniek in deze milieus … De, in het kader van nationale inkomen, enorme winsten die ze zich in de zak steekt, worden niet weer geïnvesteerd. … Daarentegen worden aanzienlijke bedragen gebruikt voor luxe-uitgaven …
Als de nationale bourgeoisie de concurrentiestrijd aanbindt met de Europeanen, trekken de ambachtslieden en kleine luiden ten strijde tegen de niet-nationale Afrikanen. In Ivoorkust zijn dat dan de puur racistische onlusten tegen uit Dahomey en Volta afkomstige personen. … Van het nationalisme zijn we in het ultra-nationalisme terechtgekomen, in het chauvinisme, het racisme. … De nationale bourgeoisie … [heeft] het denken van het kolonialisme tot en met zijn meest verrotte wortels … opgezogen … Door haar luiheid en neiging tot nabootsen begunstigt ze het wortel schieten en opgroeien van het racisme, dat karakteristiek was voor de koloniale tijd. …”
aus: Frantz Fanon: De verworpenen der aarde. Utrecht/Antwerpen: A.W. Bruna & Zoon 1969 (Frans Origineel 1961, hier vertaling Dick Bruna), p. 48, 55, 59, 73, 75, 114, 115, 116, 121.
Abb.: Arman Jamparing Seri: Capital Riot #5, 2014, Detail, indoartnow, im Internet.
01/17